Home - meer weten - Ontmoet Rembrandt
Ontmoet Rembrandt
Rembrandt verhuist in 1631 vanuit Leiden naar Amsterdam als een ambitieuze vijfentwintigjarige. Op dat moment is Amsterdam booming: de handel over zee wordt steeds belangrijker, de stad groeit enorm en veel mensen verdienen geld als water. Rembrandt ook. Hij heeft in korte tijd naam gemaakt en is dé society-schilder van dat moment: iedereen die wat voorstelt wil door hem worden geschilderd.
Rembrandts huis
In 1639 verhuist Rembrandt, de belangrijkste Hollandse schilder van de 17de eeuw, naar het monumentale pand op Jodenbreestraat nummer 4, in hartje Amsterdam. Hij is een jonge man van 33, pas getrouwd met Saskia. Ze zijn dol op elkaar. Dit huis is perfect voor het ambitieuze stel. Het is groot, met ruimte om te wonen én te werken.
Rembrandt heeft eigenlijk alles mee als hij zijn intrek neemt aan de Jodenbreestraat: een grote liefde, een luxe leven en een succesvolle carrière. Maar zo blijft het niet. Er volgen tegenslagen, privé én financieel. Na 19 jaar moet hij zijn woning verlaten. Hij is dan 52 jaar oud. Het huis is tegenwoordig teruggebracht naar hoe het was in Rembrandts tijd. Je ziet er hoe Rembrandt woonde en werkte, in goede, maar ook in slechte tijden.
Rembrandts liefdes
Rembrandts woonkamer was het privédomein van het gezin. De volwassenen zaten bij het vuur te praten, kinderen speelden in een hoekje. In die tijd waren er nog geen aparte slaapkamers. Rembrandt en Saskia sliepen hier dus ook, in de bedstee. Lief en leed speelde zich hier af. Zo wordt hier een zoon geboren. Ze noemen hem Titus, naar Saskia’s zus Titia. Een blij moment. Alleen met Saskia gaat het niet goed. Ze wordt ziek en negen maanden later sterft ze. Ze is nog geen dertig.
Na Saskia’s dood krijgt Rembrandt een relatie met Geertje Dircx, een van de dienstmeiden. We hadden het al over de ruzie tussen Geertje en Rembrandt in de keuken. De reden voor die ruzie? Rembrandt wil niet met haar trouwen, ondanks een eerdere belofte. Hij biedt haar een financiële vergoeding. Maar daar peinst ze niet over. Geertje moet het veld ruimen voor een nieuwe dienstmeid die in huis is gekomen: Hendrickje Stoffels. Met haar blijft hij de rest van haar leven samen en krijgt hij nog een dochter: Cornelia.
Rembrandts kunst
Rembrandt maakte zijn schilderijen in het atelier. Het is een ideale ruimte voor een schilder, want er zijn vier ramen op het noorden. Kunstenaars houden daarvan omdat de zon dan niet naar binnen schijnt en het licht veel egaler is. We weten hoe het atelier er ongeveer uit moet hebben gezien, dankzij een tekening die Rembrandt van deze ruimte maakte.
Rembrandt was een gedreven kunstenaar, altijd aan het werk, altijd op zoek naar verbetering. In deze kamer experimenteert hij met dramatische belichting en losse penseelstreken. En hij zoekt naar de beste manier om mensen levensecht weer te geven, met emotionele expressie, karakter en diepgang. Rembrandt maakte ook meer dan 300 verschillende etsen. Stuk voor stuk echte kunstwerken. Hij drukte ze af in oplages van tien tot enkele tientallen. Hij experimenteerde met verschillende technieken en met verschillende papiersoorten. De etsen waren veel minder duur dan de schilderijen en moeten goed hebben verkocht.
Rembrandts buurt
In Rembrandts buurt rondom de Jodenbreestraat woonden allerlei verschillende mensen: kunstenaars, kooplieden, immigranten; arm en rijk naast elkaar. Veel van die mensen zie je terug in Rembrandts kunstwerken.
Bijvoorbeeld zijn Joodse buren. Zij kwamen naar Amsterdam voor de handel en de godsdienstvrijheid, want in Portugal mochten ze hun geloof niet uitoefenen. Ze konden daarvoor worden vervolgd. Sommige Joodse buren kwamen bij Rembrandt over de vloer en huurden hem in voor een portret in opdracht, zoals Ephraim Bueno, een bekende arts uit Portugal. Lange tijd dachten kenners dat Rembrandt een speciale band had met zijn Joodse buren. Of dat echt zo is, weten we niet zeker. Maar het is wel opvallend dat er op zijn schilderijen zoveel Joodse mensen te zien zijn. Waarschijnlijk zijn het buren die model voor hem zaten; de indrukken die Rembrandt opdeed in zijn omgeving, verwerkte hij in zijn kunst.
In Rembrandts buurt leefden ook Zwarte mensen. Zij vormden een hechte gemeenschap. Ze kwamen hier als zeeman, uit Afrika of Zuid-Amerika, of uit Portugal, als bediende van een Joodse familie. Rembrandt heeft sommigen van hen geschilderd. In de Europese schilderkunst werden Zwarte mensen vaak op stereotype wijze weergegeven. Maar Rembrandt schilderde zijn buren zoals ze waren.
Rembrandts faillissement
Toen Rembrandt in dit huis trok was hij succesvol, rijk en beroemd. 19 jaar later staan de zaken er heel anders voor. Hij heeft grote geldproblemen. De precieze oorzaak is lastig te noemen. Zeker is dat hij zijn schuldeisers niet kan betalen en gedwongen is zijn spullen en zijn huis te verkopen. 52 jaar oud vertrekt hij, samen met Hendrickje, de 6-jarige Cornelia en zoon Titus, die inmiddels 17 is. Het moet een enorme afgang voor Rembrandt zijn geweest.
Maar zonder de gedwongen verkoop van Rembrandts spullen zou dit museum niet bestaan. Het museum hebben we namelijk te danken aan één enkel document: een lijst die voor de verkoop werd opgesteld met daarop al Rembrandts bezittingen, kamer voor kamer. Die boedelinventaris zie je in de vitrine in de Epiloogruimte van het museum. Dankzij deze lijst was het mogelijk om Rembrandts huis en leefwereld te reconstrueren. En kun je nu nog steeds heel dichtbij Rembrandt komen.
Rembrandt de leermeester
Al op 22-jarige leeftijd, toen hij nog in Leiden woonde, nam Rembrandt zijn eerste leerlingen aan. Vanaf het moment dat hij in Amsterdam zijn eigen werkplaats begon, werden dat er steeds meer. Lees verder over Rembrandt de leermeester.